Een bezoek aan Barchem
De meeste bestuursleden van de Banning Vereniging waren er nooit geweest. Het Woodbrookershuis in Barchem was onbekend terrein. De voorzitter van de Woodbrookers Barchem nodigde het bestuur van de Banning Vereniging uit voor een bezoek. Om kennis te maken en te bespreken of meer samenwerking tussen de Woodbrookers Barchem en de Banning Vereniging mogelijk zou zijn. Nu wordt alleen de Banningprijs gezamenlijk georganiseerd.
De oorsprong van de Woodbrookers ligt in Engeland. Zij zijn voortgekomen uit de traditie van de Quakers, die weinig affiniteit hadden met theologische reflectie. Maar onder hen waren enkelen die pleitten voor meer religieuze vorming. Dit leidde tot een Summerschool for religious study in 1897. Al snel hadden deze Quakers behoefte aan een eigen centrum voor religieuze vorming waar zij zomerscholen en andere cursussen konden blijven organiseren. Het landgoed Woodbrooke kwam ter beschikking. Er werd een gebouw neergezet en als ‘director of studies’ werd James Rendel Harris benoemd. Harris was in 1903 gevraagd om hoogleraar te worden bij de theologische faculteit in Leiden. Hij bedankte daarvoor omdat hij zijn kennis wilde inzetten voor het instituut in Woodbrooke. De contacten met Leiden hield hij wel aan. Hij regelde de overkomst van Leidse theologiestudenten naar Woodbrooke. Dat was het begin van de Woodbrookers in Nederland. De studenten richtten in 1908 een vereniging op waarvan allen lid werden die in Woodbrooke waren geweest. Zij organiseerden cursussen, lezingen en kringen verspreid door het land.
In 1912 kregen de Nederlandse Woodbrookers een mooi aanbod van een oudere dame die grond bezat in de Achterhoek. In Barchem mochten de Woodbrookers een terrein uitzoeken waarop zij een eigen centrum konden bouwen. Na enige aarzeling werd het aanbod aanvaard. De keuze viel op de Kale Berg. Op deze berg verrees een lezingenzaaltje. In de traditie van de Quakers werden in dit zaaltje stiltebijeenkomsten gehouden. Aan de voet van de berg stond ‘de tent der samenkomst’. De deelnemers logeerden in hotels en pensions in de omgeving. Dit duurde tot 1922. In dat jaar werden op een terrein aan de overkant van de weg vier slaaphuisjes in gebruik genomen. In 1924 wijdden de Woodbrookers een hoofdgebouw in.
Eerder al, in 1919, besloot de ledenvergadering dat er activiteiten voor arbeiders moesten worden georganiseerd. De religieus socialistische Arbeidersgemeenschap der Woodbrookers werd in 1924 officieel erkend als werkverband. Dominee Willem Banning was de drijvend kracht. Het doel van dit werkverband werd als volgt omschreven: ‘Op de basis der Vereeniging dient zij de arbeidersbeweging, als zijnde deze een gemeenschap die streeft naar een productiewijze in socialistische zin’. De Banning Vereniging is de opvolger van deze Arbeidersgemeenschap die eigen centra stichtte in Bentveld (1931) en Kortehemmen (1937). De gebouwen werden gebouwd door werkloze arbeiders.
In het gesprek met de Woodbrookers Barchem zijn mogelijkheden verkend voor samenwerking. De Woodbrookers organiseren meerdaagse bijeenkomsten in Barchem die aansluiten bij de traditie van stilte en bezinning. Afgelopen zomer werden de bijeenkomsten slecht bezocht. In het gesprek werd geopperd dat de animo voor meerdaagse bijeenkomsten mogelijk minder wordt en dat Barchem een uithoek is voor mensen die in de Randstad wonen. Verschillende mogelijkheden kwamen aan de orde: activiteiten gericht op de nabije omgeving, bijeenkomsten in het midden van het land en de Randstad, meer aandacht voor politieke onderwerpen. De Woodbrookers Barchem bespreken de mogelijkheden op hun eerstvolgende ledenvergadering op 8 en 9 november. Daarna wordt het gesprek vervolgd. De activiteiten van de Woodbrookers zullen worden vermeld in de nieuwsbrief van de Banning Vereniging.
Door Mijnke Bosman-Huizinga, voorzitter Banning Vereniging