Geert van Rumund (58) is burgemeester van Wageningen en voorzitter van Stichting Vrijburg. Hij is katholiek opgegroeid en studeerde geschiedenis en theologie in Nijmegen. “Het pastorale werk uit mijn theologiestudie komt terug in mijn rol als burgervader.”
Gerardus Johannes Maria van Rumund– dat klinkt goed katholiek. Wat betekent het katholicisme voor u?
Mijn katholieke achtergrond vormt de verbindende factor in mijn leven.
Van jongs af aan heb ik in de kerk rituelen meegemaakt. Ik ben misdienaar geweest en ben theologie gaan studeren, maar wilde niet het pastoraat in. Ik voel me het meest thuis in de Dominicaanse traditie. De Dominicanen schakelen het hoofd niet uit en hebben een liberale lijn ten aanzien van vrouwen in het ambt, homoseksuelen en anticonceptie. De Rooms-katholieke Kerk slaagde er lange tijd niet in om een verbinding te maken met het menszijn. De nieuwe paus doet dat beter. Toch heb ik nooit overwogen mijn kerklidmaatschap op te zeggen. Ik heb er te veel gevoel bij. Ik ga regelmatig naar de Duitse bedevaartsplaats Kevelaer. Daar vind ik spiritualiteit die me helpt.
Welke waarden gaven uw ouders u mee?
Mijn ouders gaven me sociale betrokkenheid en een gevoel voor solidariteit mee, die maakten dat ik me later bij de beginselen van de PvdA thuis voelde. Mijn moeder heeft lang gewerkt, tegen de trend in. Ze gaf leiding aan een opleiding voor meisjes die werkten in de Zevenaarse sigarettenfabriek, de Mater Amabilis. Dat was een opleiding die hun door de werkgever werd aangeboden. Ze leerden daar koken en strijken, maar kregen ook een oriëntatie op de samenleving mee.
In zijn boek If mayors ruled the world stelt politicoloog Benjamin Barber dat steden en hun burgemeesters, meer dan naties en nationale politici, praktische problemen willen oplossen omdat zij dagelijks met die problemen geconfronteerd worden. Burgemeesters zouden praktischer zijn, meer hands on, minder ideologisch. Hoe ziet u dat, als PvdA-burgemeester van een linkse studentenstad?
Ik herken de gerichtheid, maar Barber laat de schaal buiten beschouwing. Hij heeft het over miljoenensteden. Ik ben burgemeester van een gemeente van 40.000 inwoners. Dat is nog enigszins te overzien wanneer je het burgemeesterschap, zoals ik, wilt invullen als een burgervader. Het helpt daarbij als je geen gekozen burgemeester bent, maar een benoemde. Dan moet je boven de partijen staan en kun je niet zo ideologisch zijn. Als burgervader ben je meer een verbinder.
In mei van dit jaar was u uitgebreid in het nieuws omdat 32 bewoners zonder zorgindicatie weg zouden moeten uit Dennenrust, een verzorgingshuis van en voor Jehova’s getuigen. Hoe is de situatie nu?
De rust is weergekeerd, ik ben er al weer een paar keer geweest voor jubilea en zestigjarige huwelijken. We zoeken samen met het ministerie naar een oplossing. Het speelde niet alleen bij ons, ook in andere gemeenten. Dat de bewoners – kwetsbare oudjes – daar onzeker van werden, vond ik heel naar. Waar ik vooral een kater aan overgehouden heb, is dat Diederik Samsom in een interview in de Volkskrant zonder wederhoor dingen is gaan zeggen die gewoon niet waar waren. Dat past niet bij mijn visie op de samenleving.
U bent lid van Trefpunt PvdA en Levensovertuiging. Welk onderwerp zou u willen agenderen?
Hoe je vanuit levensbeschouwelijk perspectief naar de participatiesamenleving en naar burgerparticipatie kunt kijken. Ik ben enthousiast over de drie decentralisaties, maar ik wil niet dat mensen verloren gaan. Welke rol kunnen levensbeschouwelijke organisaties in de participatiesamenleving hebben? De kerken spelen al een grote rol bij de uitvoering van de WMO. Ik heb er behoefte aan daar over na te denken.